Categoriearchief: Vondsten

Bijzondere vondsten uit de Steentijd in Noord Nederland

Hoop doet leven

Op verzoek van de boer hebben een aantal mensen geholpen bij het aardappelrooien op de akker bij Peest. De hele dag moesten stenen en cichorei tussen de aardappels op de lopende band gevist worden. Dat viel niet mee: veel lawaai en stof en natuurlijk lopende band werk. Het leverde één kern op. En een grote hoop aan het einde van de dag. Maar beduidend minder groot dan in eerdere jaren; de akker begint leeg te raken.

Henk rust uit op de aardappelrooier.

De hoop hebben we de zondag nog met drie man doorzocht; dat wil zeggen we hebben de hoop een aantal meters verplaats. Dat leverde een hoop lichamelijke beweging op en één prachtige afslag.

Jan viste een prachtige afslag uit de stenenbult.

Afslag gemist

De maïs is van het land. De akkers komen weer vrij te liggen. Het zoekseizoen wordt afgetrapt in Mander op vrijdag. Vanuit Assen met het automobiel van Henk op naar Mander. De gemiste afslag mag de pret niet drukken. Er is altijd nog een volgende afslag. Het weer is wat heiig, maar aangenaam zacht met weinig wind. ’s Middags zou er nog wat regen vallen. De akker is redelijk goed afgespoeld maar de grond is nog niet omgewerkt en wat platgeslagen. Er is winterrogge ingezaaid. Al met al redelijk goed om te zoeken. Aan beide kopse einden van de akker liggen bulten met humeuze grond die later door de akker verwerkt zal worden. We zijn met zes man sterk: Dick, Henk, Roel, Kees, Sipke, en ondergetekende.

Roel (midden) bij zijn vondsten van andere vindplaatsen uit Overijssel en vlak over de grens.

De dag wordt gekenmerkt door afslagjes en een kling. De laatste wordt al snel opgeraapt door Roel. Mogelijk een enkele kern, maar dat is voer voor specialisten. De precieze aantallen zijn niet duidelijk. Vele exemplaren hebben niet alle gewenste eigenschappen even overtuigend. Een van de duidelijkste afslagjes lag aan de rand van een voetstap van een voorganger. Die had duidelijk een afslag gemist, ookal stamt ie uit een jongere periode. Maar er is altijd weer een volgende, ook in Mander.

Een duidelijke afslag met alle gewenste kenmerken.

Aan het einde van de zoektocht wordt nog een klingetje met veel glans opgeraapt, dat waarschijnlijk uit het Jong Paleolithicum of later stamt. a bestudering blijven er twee afslagen uit het Midden Paleolithicum over en het klingfragment. Toch de moeite waard.

3 maal Peest is…

Na twee jaar stilstand heeft de boer zijn hand over zijn hart gestreken en mochten we weer de akker op, mede dankzij het feit dat Henk steeds contact heeft gehouden met hem. Omdat het pootgoed al weer bijna de grond in kan, hebben we drie zoektochten kort achter elkaar gehouden: op 23 en 27 februari, en op 3 maart. Steeds hadden we mooi zonnig weer, met soms een stevige bries. De zoekers in wisselende samenstelling waren: Johan, Gerrit, Giel, Maarten, Henk, Jasmina, Gijsbert, Marcel, Fieke en Sander. De akker lag er behoorlijk goed bij, maar was misschien wel teveel afgeregend waardoor de lagere delen van de ploegsporen soms vol gestroomd waren. Zeker op de eerste zoekdag was het laagste deel van concentratie B niet begaanbaar vanwege de plassen. De boer had bij wijze van variatie diagonaal gefreesd, waardoor het soms moeilijk was koers te houden. Later hebben we ons gewonnen gegeven en hebben we de concentraties diagonaal belopen.

Op de eerste dag wilden we met een quick scan de concentraties A en B afzoeken. Op A was het Maarten die een scherp oog, of in zijn eigen woorden ‘scherpe bril’, had voor artefacten: twee kleine afslagjes en een proximaal fragment van een grote brede kling. Ook een kern van Henk mocht er zijn.

Concentratie B leverde een paar afslagen op en een mooi kern van Gijsbert. Een opmerkelijk vondst werd door Henk gedaan: in eerste instantie leek het een grote schaaf te zijn. Maar bij nadere bestudering werd het artefact ‘gedegradeerd’ tot Mesolithische kernbijl: weer eens wat anders…

Na afloop koekjes met slibovitch van Jasmina.

Op de tweede zoekdag zijn er geen zekere artefact gevonden, alleen een potentiële kern van concentratie B. Op de derde zoekdag zijn we begonnen op B, omdat het water wat weg gezakt was en de concentratie nu overal goed te belopen was. Het duurde even maar Marcel trapte af met een fraaie kern.

Een fraaie kern van fijnkorrelige vuursteen gevonden door Marcel.

In de middag togen we naar concentratie A. Voordat we daar aankwamen raapte Henk al een grote afslag op, net buiten het vak. Ondanks onze verwoede pogingen nog iets toe te voegen lukte dat niet.

Op de terugweg naar de auto, die deze keer op de oprit naar de akker stond, slenterden we over concentratie C terug. Al tijden was er niets meer gevonden. De laatste vondst was het halffabricaat van een vuistbijl door Bernard; maar de vraag is of deze tot concentratie C behoort gezien zijn excentrische ligging. Marcel bracht hier verandering: een bifaciaal, en waarschijnlijk een halffabricaat van een bladspits. Dit is een sensatie: hiermee krijgt concentratie C opeens een eigen gezicht een een andere datering dan concentratie A.

Halffabricaat van een bladspits gevonden door Marcel op concentratie C.
Het halffabricaat van een bladspits.

Dit was wel een heel bijzondere afsluiting van het korte zoekseizoen!